Tiny Broekman De toverende tweeling
Gedrukt boek
Loesje en Peter, een tweeling, logeren bij hun tante Nans die midden in de bossen woont. Op een dag vindt de tweeling een stokje. Het blijkt een toverstokje! Ze toveren snoepjes, sla voor alle konijnen uit het bos, een waterpomp en een tuin vol bloemen voor tante Nans. Ook toveren ze in het dorp een gemene jongen de kerktoren op. Daar hebben ze wel spijt van en ze houden zich daarom schuil in het bos. Maar dan rollen ze pardoes in een hol. In dat holletje blijkt het tovervrouwtje Maaike-moei te wonen. Die had tweehonderd jaar had geslapen, in plaats van twintig jaar, zoals ze had bedoeld. Het toverstokje is natuurlijk van Maaike-moei. Met het toverstokje tovert ze de gemene jongen weer van de kerktoren af. Ze tovert wat eten voor de tweeling en daarna brengt ze Loesje en Peter naar de bushalte. Maar Maaike-moei is niet gewend aan bussen. Eerder schrok ze al van een vliegtuig. Daarom tovert ze de bus in een postkoets met zes paarden ervoor. Daarmee brengt ze de tweeling veilig naar het huis van hun tante. Daar wachten ook hun ongeruste ouders. Die luisteren verbaasd naar hun avonturen met het toverstokje. En Maaike-moei? Die heeft de radio ontdekt. Zij is verbaasd over die doos waar zo maar muziek uitkomt!
Je leent dit boek bij je eigen Bibliotheek. Vul de vier cijfers van je postcode in en vind je Bibliotheek.
Versies
-
3 ed
-
Vierde druk
-
2e dr