Henriëtte van der Kop Rodi en de paarse paarden

In het huis van het gezin Terlaan, bestaande uit de tweeling Pim en Luc, en dochter Kiek wonen ook nog de studenten Sjoerd Timmers en Eric van Helden. Ook de negentienjarige Rodi van Oven, die als secretaresse werkt op een uitgeverskantoor en geen ouders meer heeft, is in huis bij de familie Terlaan. Als Rodi op een dag zo maar de zin uitspreekt 'Als paarse paarden in een zoele zomernacht' reageert Eric zeer getergd. Later wordt bij de zin een wijsje verzonnen en ook als de huisgenoten dat liedje...

Nederlands | 173 pagina's | Van Holkema & Warendorf, Amsterdam | 1958

Gedrukt boek