Baby’s nemen de eerste spraakklanken – die ook wel fonetische informatie wordt genoemd – pas op vanaf het moment dat ze ongeveer zeven maanden zijn. Terwijl ze door zang het woord ‘fles’ bijvoorbeeld vaak al kennen.

Ritmische informatie
De verklaring ligt in het feit dat baby’s taal leren op basis van ritmische informatie. Zelfs voordat ze hun eerste woordjes produceren, ontwikkelen baby’s een geavanceerd spraakverwerkingssysteem. Op de leeftijd van 4-6 maanden levert dit al robuuste woordherkenning op. Dit blijkt uit onderzoek van de University of Cambridge. Als tonen omlaag- en omhooggaan, zoals extra wordt benadrukt in kinderliedjes, slaan baby’s die informatie op. Door de nieuwe bevindingen twijfelen de onderzoekers of die kleinste spraakklanken wel de sleutel zijn tot het leren van taal, schrijven ze in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications.

Uit het onderzoek blijkt dat baby’s die vaker kinderliedjes en -rijmpjes horen, beter taal kunnen leren. Baby’s die vaker ritmes horen, kunnen die informatie gebruiken om hier fonetische informatie aan toe te voegen om woorden en klanken te vormen. Ritmische informatie helpt ook bij het raden van een volgende klank.

Verborgen lijm
Na de eerste zeven maanden komen er steeds meer individuele spraakklanken bij. Volgens de onderzoekers gaat dat echter te langzaam om de basis van een taal te vormen. Ritme en toon vormen daarom ‘de verborgen lijm’ voor een goede taalontwikkeling.

Lees hier het wetenschappelijke artikel:
Emergence of the cortical encoding of phonetic features in the first year of life.

Bron: Vakblad Vroeg.